-
Het feest van Sinterklaas: Oefeningen
In deze oefening vind je verschillende oefeningen over het feest van Sinterklaas:
- een video over Sinterklaas,
- 2 praatplaten met woordenschat over Sint en Piet,
- draaikaarten om woordenschat te oefenen,
- een oefeningenreeks (o.a. woordenschat, …
Interactieve oefening (5)Leerkracht -
EHBO-koffer: Woordenschat
Oefen de woordenschat van de EHBO-koffer met deze draaikaartjes.
Interactieve oefeningLeerkracht -
Groenten: Woordenschatoefening
Met deze flashkaarten en oefensets met afbeeldingen en benamingen oefen je de meest voorkomende groenten in België.
Interactieve oefening (4)Leerkracht, ICT-coördinator -
Fruitsoorten: Woordenschatoefening
Dit is een Quizlet over fruit met afbeeldingen, Ook moeilijkere namen zitten erbij.
Interactieve oefeningLeerkracht, ICT-coördinator -
Frans werkwoord faire vervoegen: Flashcards
Oefening met flashcards om het Franse werkwoord faire te vervoegen.
Interactieve oefening (3)Leerkracht, Ander -
Les verbes en -er: Oefenlijst
Oefen de vertalingen van de regelmatige werkwoorden op -er.
Interactieve oefening (8)Leerkracht, ICT-coördinator -
Fruit: Woordenschat draaikaartjes
Oefen de vertaling van verschillende fruitsoorten waaronder de aardbei, de banaan, de framboos, de appel, de peer, de kers, de kiwi, de ananas, de sinaasappel, de perzik en de druif.
Interactieve oefening (6)School/onderwijs -
Les pays de l'Europe: Oefenlijst
Oefen de vertaling van de landen van Europa met de flitskaarten of de oefeningen.
Interactieve oefening (5)Leerkracht, ICT-coördinator -
Verkenning van psychofarmaca: Definities
Vijfentwintig termen/definities over onderdelen van neuronen, prikkeloverdracht, neurotransmitters en verkenning van psychofarmaca.
Interactieve oefeningLeerkracht, ICT-coördinator -
De lichaamsdelen: Woordenschat
Flashcards met de woordenschat van de twintig meest gebruikte lichaamsdelen.
Interactieve oefening (7)Leerkracht -
Ziek zijn: Woordenschat oefenen
Deze lijst kan je gebruiken bij de (alfa)NT2-cursisten om ziek zijn en naar de dokter te bespreken.
- Wat zie je?
- Wat is het probleem?
- Ga je naar de dokter, wat zeg je dan?
- Ga je naar de apotheek, wat vraag je dan?
Interactieve oefening (21)Leerkracht -
Woorden op -aai, -ooi en -oei: Oefeningen
Dit is een oefening met twintig woorden op -aai, -ooi en -oei.
Interactieve oefeningGOK- of zorgcoördinator, ondersteuner